Tijd is een illusie; herinneren is communiceren


In de loop der jaren heb ik bepaalde ideeën ontwikkeld over wat er gebeurt tijdens reïncarnatie- of regressietherapie. Deze ideeën wijken in bepaalde opzichten af van wat gebruikelijk is binnen de psychologie en hypnotherapie. Hier een korte samenvatting.

 


Zowel vanuit de wetenschap als de filosofie en de mystiek komen argumenten dat de lineaire voortgang van de tijd zoals wij die ervaren niet bestaat.

Het meest helder volgt dit uit de relativiteitstheorie. Die laat heel duidelijk zien dat het ‘nu’ geen uniek moment is. Een tijdstip dat door de één als nu wordt ervaren, kan voor een ander in de toekomst liggen, en voor weer een ander in het verleden.

 

Maar als het ‘nu’ niet uniek is, vervalt onze hele opvatting van tijd, vervalt de hele indeling van tijd in heden, verleden en toekomst.

 

Het betekent dat het verleden niet vast ligt. Alles vindt in het nu plaats – ook onze vorige levens.

 

Wat betekent dit voor reïncarnatietherapie en het werken als reïncarnatietherapeut? Om deze vraag te beantwoorden wil ik eerst ingaan op de betekenis van herinneringen.

 

Als we ons iets herinneren, dan reiken we psychisch uit naar een ander moment in de tijd. We verbinden ons eigen ‘nu’ met een ander ‘nu’ dat voor ons in het verleden ligt. Echter, als verleden, heden en toekomst in feite deel uitmaken van één groot nu, dan is het verleden niet iets dat definitief voorbij en afgerond is. Herinneren is niet een passief proces, maar een interactie met een levende energie. Als we contact maken met een moment in het verleden, raken we dit andere ‘nu’ aan met onze energie, beïnvloeden het, en krijgen er informatie van terug.

 

Een herinnering is dus in feite een communicatieproces. Herinneren is communiceren.

 

Dit geldt ook voor herinneringen aan vorige levens; ook hier is er sprake van een energetische uitwisseling, een wederzijdse beïnvloeding.

 

Op een bepaald niveau weet iedere therapeut dit wel. Een goede therapeut zal dan ook nooit aan een cliënt vragen om zich te proberen iets te herinneren. Hij zal altijd de suggestie geven om er naar toe te gaan. Hij zal altijd suggesties geven in de trant van: ‘ga nu naar de werkelijke oorzaak van het probleem toe.’

 

Hij weet dat dit veel beter werkt. Waarom? Omdat deze instructie veel beter overeenkomt met wat er werkelijk aan de hand is. Er is iets om naar toe te gaan: een ander ‘nu’ waarin een traumatische gebeurtenis beleefd wordt.

 

Wat gebeurt er nu eigenlijk precies als je je eigen ‘nu’, jouw heden verbindt met een ander ‘nu’, als je gaat communiceren met het deel van jou dat in een ander nu leeft? Het resultaat van zo’n communicatieproces is de schepping van een nieuw gemeenschappelijk ‘nu’.

 

Dit is eigenlijk heel eenvoudig. Als je met iemand anders aan het praten bent (in dit geval je “vroegere”zelf), verkeer je in hetzelfde heden. En vanuit dit heden zijn er verschillende mogelijkheden. Heel concreet betekent dit dat je vanuit jouw standpunt gezien het verleden kunt beïnvloeden.

 

Wat betekent het bovenstaande voor het werken met reïncarnatietherapie?

 

In mijn beleving zijn er drie belangrijke consequenties:

 

Werk vanuit de engel. (werk vanuit de oplossing en niet vanuit het probleem).

 

Stel iemand heeft last van hoogtevrees. Hij gaat naar een reïncarnatietherapeut en ja hoor: hij blijkt in een vorig leven te pletter zijn gevallen. Deze gebeurtenis wordt een aantal malen doorleefd en de hoogtevrees blijkt verdwenen te zijn.

 

De traditionele opvatting is dan dat het doodvallen in een vorig leven een angst heeft doen ontstaan die op de een of andere manier niet goed verwerkt is en zich in dit leven manifesteert als hoogtevrees. Het weer bewust maken en het opnieuw doen doorleven van de oorzaak van die angst zorgt voor een oplossing.

 

In werkelijkheid gebeurt er volgens mij dit.

 

Ergens valt iemand. Hij heeft angst. Die angst is zo groot dat er een noodkreet door de tijdruimte heen gezonden wordt die wordt opgevangen door een incarnatie met een verwante psychische structuur. Een incarnatie van dezelfde ziel. Deze ervaart de noodkreet als hoogtevrees. Op het moment dat hij in regressie gaat verbindt hij zijn eigen bewustzijn met dat van de vallende persoon en verzacht zijn lot hiermee.

 

De crux in het loslaten van de angst is in mijn visie niet het herbeleven ervan, maar het toevoegen van een helder, liefdevol bewustzijn aan de angst. Dit heldere bewustzijn ben jij, in het heden. Doordat jij je als gids of engel ontfermt over de angstige persoon die jij in dat andere ‘nu’ bent, kan die zijn fobie loslaten en tot rust komen.

 

Het herbeleven van een trauma uit een vorig leven, een techniek die vaak toegepast wordt in regressietherapie, is naar mijn mening in slechts in beperkte mate zinvol. In het ergste geval roept het onnodig veel angst en spanning op. Het is voor mijn gevoel veel beter om in de regressie als helper, als vriend naar het slachtoffer toe te gaan. Je identificeert je dan niet met het probleem, maar met het bewustzijn dat het probleem oplost.

 

Wees bij hem, stuur hem liefde, warmte en begrip, spreek hem moed in.

 

Ik nodig mijn cliënten in zulke situatie uit zichzelf te zien als een lichtwezen, een engel die door de tijd en ruimte kan reizen. Ze kunnen uitreiken naar de getraumatiseerde persoon die ze in hun eigen verleden tegenkomen, en bij hem of haar bijstaan, door hem of haar liefde, warmte en begrip te sturen.

 

Ik had eens een cliënt die tijdens depressieve periode in zijn leven zelfmoord overwoog. Hij had toen een stem gehoord die hem moed insprak en hem vertelde dat hij dat niet moest doen. Ik liet hem vanuit het heden als engel naar die moeilijke periode gaan. Na afloop van die oefening begreep hij ineens dat hij zelf die stem geweest was: vanuit de toekomst had hij zichzelf door die moeilijke periode heen geholpen.

 

Onverklaarbare angst is een roep om hulp.

 

Veel mensen hebben last van onverklaarbare angst. Het kan ook om andere gevoelens gaan: somberheid, verdriet, boosheid etc. Vaak gaat het hierbij om een gevoel dat al in de kindertijd aanwezig is, zonder aanwijsbare reden.

 

Achter die angst zit altijd een roep om hulp. Een roep vanuit een ander ‘nu’, een ander leven, of soms vanuit de eigen vroegste jeugd. In mijn visie gaat het erom te ontdekken van wie die angst is en die persoon te helpen, zoals je een goede vriend in nood helpt. Je bent bij hem, spreekt hem moed in, steunt hem met liefde en begrip.

 

Jij bent dus degene die de angst kunt oplossen, door haar te verstaan als een roep om hulp van iemand anders. Deze iemand ben jij in een ander nu, en zodra je hem vindt en met jouw bewustzijn omhult, wordt de angst voor jou begrijpelijk en kun je deze geleidelijk aan gaan loslaten. Het helpt om angst te zien als het probleem van iemand anders, omdat je je zo distantieert van de energie van angst. Je ziet dat jij zelf groter bent dan de angst en dat je de angstige ik in jou kunt opnemen in dat grotere bewustzijn.

 

Die angst is eigenlijk een deur die openstaat naar een ander leven, een energetische verbinding met een ander ‘nu’. Door in regressietherapie geleidelijk naar de angst toe te laten gaan, komt je in contact met de bron van die angst. Vaak is al voldoende om de vraag te stellen: “van wie is de angst die je voelt?”

 

Een nieuw verleden creëren

 

Een andere mogelijke oplossing die vanuit deze benadering van tijd mogelijk wordt, is het herschrijven van het verleden.

 

Nadat de cliënt zich bewust is geworden van een trauma in een ander leven, kan zij of hij contact maken met de persoon uit dat leven voordat het trauma plaatsvindt. Bijna altijd zijn er in een leven cruciale keuze momenten waarop de ziel mogelijkheden heeft om een andere weg in te slaan. In regressietherapie kun je alsnog de keuze maken voor die andere weg, een “alternatieve tijdslijn” dus.

 

Stel een gevoelige en helderziende vrouw is in een vorig leven als heks verbrand. Er zijn momenten geweest in dat leven waarop ze het gevoel had zich beter te moeten beschermen, of weg te lopen, of banden met bepaalde mensen te verbreken. Zij kan in regressie proberen contact te maken met zo’n cruciaal moment, waarop ze een keuze had kunnen maken die de brandstapel had kunnen voorkomen. Als dat lukt, en de cliënte krijgt gevoelscontact met de alternatieve levenslijn die zich had kunnen ontvouwen, wordt het trauma gedeeltelijk of geheel gewist uit het verleden van de cliënt.

Om dit te bereiken, zijn de volgende stappen vereist:

 

 1) Er is innerlijk contact gemaakt met het traumatische vorige leven. Meestal is de ingang hiertoe het moment van het trauma zelf.

 

 2)  Vervolgens wordt er een stukje teruggegaan in de tijd, naar een moment voor het trauma, waarop een beslissende keuze mogelijk is.

 

 3)  De cliënt gaat communiceren met de persoon uit dat vorige leven. Ze legt de persoon uit waarom ze de voor haar positieve keuze kan en mag maken. Ze bemoedigt haar vanuit het grotere perspectief dat ze heeft. Hierdoor wordt er een nieuw gemeenschappelijk heden gecreëerd, met voor beide partijen nieuwe toekomstige mogelijkheden.

 

 4)  De andere persoon kan hierdoor tot een nieuwe koers geïnspireerd worden, waardoor de traumatische gebeurtenissen niet meer plaatsvinden.

 

In deze opvatting kun je het verleden dus herscheppen

 

Een belangrijk verschil met de traditionele opvatting is dat in deze opvatting communicatie altijd in twee richtingen plaatsvindt: als persoon A een invloed heeft op B, heeft B ook altijd een invloed op A, ook al leven ze eeuwen van elkaar gescheiden. Door die communicatie creëer je een gemeenschappelijk moment van waaruit een nieuwe koers mogelijk is.

 

Dit betekent dus dat ons verleden niet vast ligt: het verleden bestaat net als de toekomst uit een oceaan van mogelijkheden. Vanuit ons heden kunnen wij bepalen welke mogelijkheden bij ons horen, en welke niet.

We staan in een voortdurende energetische uitwisseling met onze andere levens.

Alle levens van een mens vormen samen een volmaakt geheel waarin alle facetten van de ziel, het hogere zelf, weerspiegeld worden. Het geheel van alle levens is harmonisch en compleet.

 

Een mens is geen eenduidig wezen: als we een specifieke eigenschap aan een mens toedichten, blijkt het tegenovergestelde meestal ook wel waarheid te bevatten. De reden hiervoor is dat de menselijke persoonlijkheid in wezen bestaat uit een heleboel “ikjes” of deelpersoonlijkheden. Een kind, een bejaarde, een man, een vrouw, een denker, een doener, een held, een lafaard – ze bestaan allemaal in één mens. Dit is de reden dat zeer veel mensen zich herkennen in een willekeurige horoscoop of in de karakterbeschrijving van een psycholoog. Ook het omgekeerde is trouwens waar. Uit onderzoek blijkt dat iemand niet in staat is zijn eigen karakterbeschrijving of horoscoop tussen die van anderen te herkennen.

 

Problemen ontstaan als al die “ikjes” niet goed samenwerken. Ze vormen dan geen goed team. Bepaalde aspecten van de persoonlijkheid worden verwaarloosd, terwijl andere teveel aandacht krijgen. Psychische en lichamelijke problemen kunnen het gevolg zijn.

 

Mijn mening is dat ieder aspect van de persoonlijkheid van de mens een energetische binding heeft met een leven waarin dat aspect heel nadrukkelijk op de voorgrond treedt. Omdat er geen tijd is, is die energie-uitwisseling een dynamisch proces: ze kan versterkt of verzwakt worden. Een goed uitgebalanceerde energie-uitwisseling is de basis van een gezonde harmonische persoonlijkheid.

 

Dader en slachtoffer

 

Van groot belang hierin is een energetische uitwisseling tussen dader- en slachtofferlevens. We zijn binnen het scala van onze uiteenlopende levens zowel dader geweest, degene die macht misbruikt en agressief optreedt, als slachtoffer, degene die gekwetst wordt door machtsmisbruik. We hebben beide rollen vervuld. Zonder dit bewustzijn zijn we niet compleet.

 

Daderlevens worden vaak weggedrukt. Mensen maken in het algemeen veel makkelijker contact met een slachtofferleven. Contact maken met daderlevens is moeilijker, omdat je je eigen donkere kant liever niet ziet. Toch is dit zeer belangrijk. Juist in daderlevens zitten, naast egocentrisme en agressie, vaak ook veel talenten en krachten verborgen. Door een daderleven weg te drukken, wordt het kind met het badwater weggegooid. Onderdrukking van daderlevens leidt vaak tot het onderdrukken van de eigen assertieve mannelijke energie en het vasthouden aan gevoelens van machteloosheid en slachtofferschap.

 

De innerlijke dialoog tussen dader en slachtoffer werkt vaak enorm bevrijdend. Concreet breng ik die dialoog op gang door cliënten in contact te brengen met beide soort levens en hen in regressie de instructie te geven om hun ene hand liefdevol uit te strekken naar het slachtoffer en de andere naar de dader. De rest gaat vrijwel vanzelf. Die twee kanten van jezelf willen graag herenigd worden omdat zij behoren tot dezelfde ziel. 

 

Bewustzijn geneest

 

De kern van de mens, zijn bewustzijn, staat los van tijd en ruimte. De structuur van de tijdruimte zoals wij die kennen, laat eigenlijk het bestaan van bewustzijn helemaal niet toe. Die structuur is namelijk zodanig dat er op één plaats en één tijdstip maar één ding tegelijk kan zijn. Maar dit geldt niet voor ons bewustzijn. Ons bewustzijn is één plaats waar heel veel dingen samenkomen. Alles wat ik zie, wordt verenigd in één beeld in mijn bewustzijn: een mooi landschap bijvoorbeeld. Vergelijk dit eens met een beeld in een computer. Daar bestaat het beeld uit een serie bits: enen en nullen. Het wordt nergens een eenheid: de structuur van de tijdruimte staat dat niet toe. Er is niet één punt van waaruit de enen en nullen als een eenheid worden waargenomen of ervaren; het blijft een verzameling losse bits. Dat wat wij een beeld noemen bestaat helemaal niet in de computer. Het wordt pas een eenheid als ons bewustzijn, dat al die eentjes en nulletjes laat samenkomen op één plaats, er één beeld van maakt.

 

Zelf ben ik er diep van overtuigd dat iedere psychologische theorie over de mens, die de mens alleen maar ziet als een wezen dat bestaat in de tijd, tekortschiet. De levende creatieve kern van de mens, zijn bewustzijn, staat los van tijd en ruimte. Een mens kan nooit begrepen worden zonder dit gegeven. Problemen ontstaan als een mens zich niet, of te weinig, identificeert met dit deel. Hij is dan vergeten wie hij werkelijk is. Omdat het bewustzijn zelf los van tijd en ruimte staat, is het een bron van licht en genezing voor alles wat in de tijd bestaat. Je bewust worden van iets betekent dus altijd: een harmoniserende en genezende kracht uitstralen naar dat iets. Bewustzijn geneest.

 

Iemand die een probleem heeft, ervaart dat probleem. Hij kan kiezen: hij kan zich identificeren met het probleem, of met zijn bewustzijn dat het probleem ervaart. Doet hij dit laatste dan identificeert hij zich niet langer met het probleem, maar met de oplossing.

 

© Gerrit Gielen

www.gerrit-gielen.net